Blueberry pancakes en een vliegende poepluier passen ogenschijnlijk niet bij elkaar. Ik neem jullie graag mee in het volgende verhaal. Dan wordt de link wel duidelijk.
Altijd op zoek naar nieuwe adresjes om wat te eten en drinken, kwam ik op een mooie zondagmiddag, pre-corona, terecht op een plek, hoek Paradijslaan en Exercitiestraat in Rotterdam. Hier zit een hippe koffietent waar je behalve een cappuccino met havermelk ook heerlijke blueberry pancakes kan bestellen. Croos heet het tentje toepasselijk, het ligt namelijk in Crooswijk. https://croosrotterdam.nl/
Met m’n ogen dicht ga ik naar tientallen jaren terug. Hier ben ik gedeeltelijk opgegroeid. Ik zie mezelf schaatsen op het Exercitievijvertje waar ik nu uitzicht op heb. Omringd met vriendinnetjes als Petra en Diana en genietend van m’n pogingen tot het maken van een pirouetje op m’n nieuwe witte kunstschaatsen.
Het Crooswijk van toen, het rauwe randje en de oude Crooswijker is nu eigenlijk niet meer herkenbaar. Ik zit tussen de millennials met hun kroost die ook genieten van de hippe koffietjes bij Croos. De bakfietsen staan op het pleintje en een aantal gasten zitten lekker in het zonnetje op het buitenterras terwijl hun kindjes tussen de tafeltjes rennen. De vriendelijke eigenaren vertellen me dat ze boven de koffiebar wonen. Ze zijn erg blij met de woning die ze hebben kunnen bemachtigen, zo boven hun horecapleintje.
Omdat er ook gewerkt moet worden, klap ik m’n laptop uit en begin met schrijven voor ons bedrijfje SubSense. https://www.subsense.nl/
Als ik even later naar binnen ga en de trap, vol met foto’s van het oude Crooswijk, op loop, start een andere herinnering. Op deze plek was ik ook toen ik pas verloskundige was. Verloskundige in het Westen van Rotterdam. Omdat onze collega, mevrouw Stobbe, die in Crooswijk zat, met pensioen was gegaan, kwam ik zo nu en dan ook hier voor een bevalling of een kraambed. Steevast een studente verloskunde met me meenemend die van de ene verbazing in de andere viel in het grote, kleurrijke Rotterdam.
Zo kwamen we aan bij een gezin aan de Paradijslaan. De moeder, een meisje eigenlijk nog, was pas enige maanden in Nederland. Ze had haar eerste kindje gekregen. Helaas was er geen tot weinig ondersteuning van familie of vrienden. Daardoor miste ze begeleiding en wist ze niet goed wat te doen als nieuwbakken moeder.
Haar dochtertje lag in een rompertje in een hoek op de bank. Een wiegje was er niet. Het meisje moest nodig een verschoning, getuige de volle, geel doorschijnende poepluier. Tussen de vele vragen van mij door, over de voeding van dit baby’tje, had ik de luier verschoond. Mevrouw zag mijn twijfel over waar de luier te laten omdat de prullenbak overvol was. De zak moest nodig verwisseld worden. Dit gedaan hebbende, keutelde mevrouw door de woonkamer met de overvolle, druipende vuilniszak in haar ene arm, de poepluier in haar andere hand. Onderweg knoopte ze de zak behendig dicht. Het was een bloedhete dag en de ramen stonden wagenwijd open.
Wat er toen gebeurde, deed de student en mij verstommen. Met een zwierige zwaai zagen we de grijze zak, met daar vlak achteraan de gele poepluier, door het open raam vliegen, waarna de zak en luier met een doffe plof op de stoep belandde. Ik stak mijn hoofd uit het raam om te zien wat de schade beneden was. De luier lag druipend naast de zak. De zak was gelukkig heel gebleven.
Voor mij is dit een plek van verschillende herinneringen. Uit mijn jeugd en ook vanuit mijn werk als verloskundige. Dit is nu niet meer de wijk waar de echte Rotterdamse Crooswijkers wonen. Het is een wijk waar nu ook jonge urbans met wat geld hun intrek nemen. Gentrificatie noemen ze dat met een mooi woord. Maar voor de Crooswijkers klinkt het niet zo mooi. De huurwoningen waar zij jaren met plezier woonden, worden opgeknapt en verkocht voor aardige bedragen. Dus ook dit nieuwe Crooswijk is een opkomende, hippe wijk geworden. Een plaats waar men graag wil wonen en leven. En eerlijk gezegd zal ook ik hier graag weer terugkomen voor blueberry pancakes, en een vliegende poepluier in mijn herinnering, in het zonnetje. Wegdromend van vervlogen tijden.